“Maaaamaaaa! Ik vraag het nu al drie keer, maar je luistert niet!” Verstoord kijk ik op van mijn telefoon. Een paar grote blauwe ogen kijken me boos en smekend tegelijk aan. “Wil je me nu eindelijk helpen met dat vliegtuigje vouwen?!” Beschaamd leg ik mijn telefoon weg.

Afgelopen weekend zat er een interessante bijlage bij de NRC. Over de ‘jeugd van tegenwoordig’, en hoe belangrijk de smartphone voor hen is. En hoe lastig dat soms is voor ouders. Maar ook andersom: hoeveel ouders tegenwoordig op hun beeldschermen turen. En hoe dit irritatie veroorzaakt bij hun kinderen, omdat het de communicatie belemmert.

Gratis telefoon van de Postbank

Tjah, de smartphone. Ik ben er niet mee opgegroeid. Ik was 18 toen ik mijn eerste telefoon kreeg, zo’n gratis toestel dat je kreeg bij de Postbank. En 11 jaar later kocht ik mijn eerste smartphone, net voor de geboorte van ons eerste kind. Dat weet ik nog zo goed, omdat je op mijn allereerste filmpje een dikke zwangere buik op en neer ziet gaan door geschop. Bijna 8 jaar geleden al weer.

Schermouders

Wat is de wereld enorm veranderd de afgelopen 8 jaar, mede door diezelfde smartphone. En ja, dit heeft gevolgen voor de manier waarop wij met elkaar communiceren. Kinderen krijgen tegenwoordig het vak mediawijsheid op school. Maar wij ouders? Wij doen maar wat. Wij rommelen maar wat aan. Wij kijken massaal op onze smartphone tijdens vergaderingen, tijdens het eten, en terwijl onze kinderen in de speeltuin spelen. Met alle gevolgen van dien.

Schermdeelnemers

En ja, ook tijdens trainingen kijken deelnemers op hun telefoon. Meestal gaat het tijdens de training zelf nog wel goed. De hele ochtend oefenen we met interesse tonen, contact maken en het belang van oogcontact. Maar dan roep ik: “Even kwartiertje pauze!” Dan zou je denken: dit is je kans om informeel een praatje met elkaar te maken en elkaar wat beter te leren kennen. Maar wat gebeurt er? Twee dames vliegen naar de wc en de rest blijft zitten. Iedereen pakt zijn of haar telefoon uit de tas. Doodstil tuurt men 15 minuten lang naar het schermpje. Met verbazing en ongemak drink ik mijn kopje thee leeg.

Telefoonregels tijdens een training

Ik vind het ingewikkeld. Hebben we telefoonregels nodig tijdens een training? We zijn toch allemaal volwassenen? Als trainer voel ik me zo’n enorme schooljuf als ik dit soort dingen moet gaan bespreken. Soms benoem ik het wel, zeker als de link naar de training mooi te maken is (“Kijk nu toch eens wat er gebeurt met onze non-verbale communicatie …”). Mijn nieuwste strategie is om de telefoon een expliciete rol te geven tijdens een training. Bijvoorbeeld tijdens een voorsteloefening: laat een foto zien van je telefoon die symboliseert wat je lastig vindt bij netwerken. Of: 2 mensen doen het rollenspel en de derde maakt een filmpje. En achteraf kijken ze gezamenlijk het filmpje terug en analyseren ze wat wel en niet werkte. Maar goed, dit lost het scherm-turen tijdens pauzes nog niet op.

Telefoonregels thuis

Kortom, misschien toch eens nadenken hoe telefoonregels onderdeel te maken van een training? Want wij mensen hebben die regels nodig. Net zoals we thuis telefoonregels nodig hebben. Toen mijn oudste zoon als dreumes bij elk piepje naar onze telefoons begon te grijpen, hebben we snel regels opgesteld. Drie telefoonregels voor ons als ouders:

  1. Thuis staat het geluid van je telefoon altijd uit en ligt hij op een vaste plank in de keuken.
  2. Als je met de kinderen bent, kijk je niet op je telefoon.
  3. Als je toch even op je telefoon wil kijken, loop je naar de keuken en ga je bij de plank staan waar je telefoon ligt.

Of dit werkt in de praktijk? Meestal wel. Al vind ook ik het af en toe heerlijk om even op LinkedIn, Facebook, Twitter en Instagram te kijken wat de rest van de wereld doet terwijl ik vliegtuigjes aan het vouwen ben. En dus resulteert regel 3 er soms in dat ik in de keuken sta. Even rustig op mijn schermpje turen en wegdromen in de online wereld. Totdat mijn droom plotseling ruw verstoord wordt: “Maaaamaaaa! Ik vraag het nu al drie keer, maar je luistert niet!”

Reflectieopdracht

  1. Welke telefoonregels heb jij op je werk, bijvoorbeeld tijdens een training, vergadering, of gesprek?
  2. Welke telefoonregels heb jij thuis?
  3. Wat zou je willen veranderen en hoe?